Kaasmuffins met wortel en walnoot
Een supergoed recept dat ik uit de krant haalde en al een aantal keren heb gebruikt. Het beslag is snel gemaakt en de muffins til je na het bakken moeiteloos uit je siliconenvormpjes. Het is echt een fijn muffinbeslag om qua vulling mee te variëren. Natuurlijk gaan er walnoten in en een lekkere kaas naar keuze, zoals een pittige oude geitenkaas of Stilton. Bij het laatste past dan eventueel een beetje gesnipperde rode ui. De muffins zijn het lekkerste nog warm uit de oven, maar zijn ook afgekoeld een lekkere hartig hapje voor bijvoorbeeld een buffetje. Wij eten ze meestal als bijgerecht bij een salade of een bord soep, maar ze kunnen ook mee in je lunchtrommel.
Ingrediënten voor ca. 8-10 muffins
⁃ 150 g geraspte wortel
⁃ 125 g geraspte oude geitenkaas (of pittige blauwschimmelkaas)
⁃ 175 g bloem
⁃ 2 tl bakpoeder
⁃ ca. 100 g walnoten voor de vulling
– ca. 8-10 halve walnoten voor decoratie
⁃ 1 tl gemalen komijnzaad
⁃ snuf zout
⁃ 1/2 tl versgemalen peper
⁃ 1/2 tl kurkuma
⁃ 120 ml melk
⁃ 50 ml olijfolie
⁃ 2 tl mosterd
⁃ 1 ei
⁃ evt. 1 el sesamzaad
Bereiding
1. Verwarm de oven voor op 200 graden.
2. Rasp de wortel en kaas boven de beslagkom, of gebruik je keukenmachine.
3. Voeg bloem, bakpoeder, walnoten, zout, komijnzaad, peper en kurkuma toe en roer goed door elkaar.
4. Klop in een andere (kleinere) kom de melk, olie, mosterd en het ei door elkaar.
5. Giet de vloeibare ingrediënten bij de droge en roer zo kort mogelijk met een vork tot een dik, klonterig beslag dat eruit ziet als een wortelselderijsalade.
6. Doe het beslag in 8 à 10 muffinvormpjes in de muffinbakplaat. Leg halverwege de baktijd op elke muffin een halve walnoot, zodat die mooi verkleurt maar niet verbrandt!
7. Bak de muffins in ca. 30 minuten gaar en goudbruin.
Tips
Je kunt de muffins de volgende dag, afgedekt met aluminiumfolie, prima opwarmen in een warme oven.
Wil je een keer zoete wortelcake met walnoten, kijk dan naar dit succesrecept voor geglazuurde carrotcake met walnoten en rozijnen.
Dit recept is gebaseerd op een recept van Janneke Vreugdenhil.